Een patiënt wordt acuut opgenomen op een corona-afdeling in een algemeen ziekenhuis. Deze patiënt heeft een uitgebreide lijst psychofarmaca waarop onder andere clozapine vermeld staat. Verder blijkt bij bloedonderzoek sprake te zijn van een verlaagd aantal witte bloedcellen: granulocytopenie.
Doel voorschrift clozapine is stemmen naar de achtergrond te brengen, zodat patiënt helderder kan denken. Als gevolg van het clozapine–gebruik heeft de patiënt last van bijwerkingen zoals 20 kg gewichtstoename en kwijlen in de nacht. Bij clozapine–gebruik geldt de waarschuwing dat bij koorts/keelpijn e.d. op de eerstvolgende werkdag een lab-controle moet plaatsvinden omdat clozapine de aanmaak van witte bloedcellen kan verstoren.
Als een huisarts of andere arts (in bovenstaand voorbeeld de afdelingsarts in het ziekenhuis) meteen gebruiksinformatie beschikbaar heeft, kan hij of zij deze meenemen bij overwegingen om de medicatie al dan niet te continueren. Als informatie vooral afhankelijk is van wat patiënt of mantelzorger mondeling weet in te brengen of van wat enkel formeel als contra-indicatie vindbaar is, wordt mogelijk belangrijke informatie over het hoofd gezien.
Uitwisseling medicatiegegevens in de keten maakt het mogelijk dat disciplines actuele medicatiegegevens, labwaarden, contra-indicaties, overgevoeligheden en patiëntkenmerken kunnen delen. Zo kun je verantwoorde beslissingen nemen. Bovendien kun je tijdig anticiperen op potentiële (fatale) risico’s.
“Door medicatiegegevens in de keten te delen, kun je tijdig anticiperen op potentiële (fatale) risico’s”